Welke geur of smaak brengt bij u een zoete of juist bitterzoete herinnering aan de vakanties uit uw jeugd naar boven?
“Ik moest meteen denken aan de geur van gras na een zomerse regenbui. Wij gingen vroeger, toen ik nog een kleuter was, op vakantie naar Rockanje. Een vriendin van mijn opa en oma had daar een pension en daar logeerden we dan. We gingen natuurlijk naar het strand en naar de speeltuin, die in mijn hoofd nog steeds mythische proporties heeft, maar we gingen ook wandelen in een natuurgebied, Quackjeswater. Ik herinner me heel sterk de geur van nat gras. Als het heeft geregend, gaat alles anders ruiken, zeker in de zomer. De natuur wordt van het stof ontdaan en je voelt bijna hoe de planten weer kunnen ademen. Alles leeft weer op.
Was u als kind al geïnteresseerd in de natuur?
“Mijn theorie is dat ieder kind in principe geïnteresseerd is in de natuur en dat je dat kunt aanwakkeren of uit laten doven. Ik herinner me bijvoorbeeld dat mijn moeder dol was op kikkertjes en omdat het een nat gebied was, waren die daar ook in overvloed. Dan gingen we kikkertjes kijken. Ik denk dat mijn ouders op die manier de interesse in de natuur hebben gevoed.”
Wat is uw sterkste herinnering aan die vakanties?
“Dat ik op een fietsje mocht. Meestal moest ik achterop als we een eind gingen fietsen, maar ik herinner me dat we een keer bij de fietsverhuurder waren en dat hij vroeg of ik ook een fietsje wilde. Ik riep natuurlijk heel hard ‘Jaaa!’ en toen mocht ik ook een fietsje. Ik heb de hele vakantie lang op en neer over de stoep gefietst. Ik was echt dol op dat ding. Ik ben iemand, dacht ik, want ik heb een fiets.”
Hoe wordt de zomervakantie dit jaar ingevuld?
“Ik denk dat we naar Portugal gaan. Mijn vrouw is Portugees, we zijn in januari getrouwd, maar we hebben haar ouders daarna nog niet gezien. Ik denk dus dat we een ingehaald huwelijksfeestje gaan houden. Door corona ben ik ook nog niet vaak met haar in haar geboorteland geweest, dus we gaan ook zeker iets van het land zien.”
Dit najaar is het honderd jaar geleden dat Marcel Proust overleed. Een van de bekendste scènes uit zijn beroemde romancyclus Op zoek naar de verloren tijd is de ‘madeleine-scène’. De verteller eet een madeleine die in lindebloesemthee is gedoopt. De geur en de smaak, die hij lang niet geroken en geproefd heeft, activeert zijn geheugen en langzaam komen herinneringen aan zijn jeugd naar boven. HP/De Tijd vraagt acht prominenten naar hun madeleine-moment.