Aartsbisschop, Nobelprijswinnaar en ladiesman Desmond Tutu is in Nederland voor zijn laatste bezoek aan Europa. Na afloop van het persmoment in het IJsselhotel in Deventer blijkt dat de geestelijke bij het installeren van WhatsApp niet op de hulp van God hoeft te rekenen.
“How do I get ‘whasupp’ on my iPhone?” Enkele meters voor mij heeft Desmond Tutu, ‘The Arch’ zoals hij door de Zuid-Afrikanen wordt genoemd, een onderonsje met zijn vijftienjarige kleindochter. Ze lopen naast elkaar, zij iets groter dan hij, en banen zich een weg naar de uitgang van de conferentiezaal. Opa houdt de witte telefoon in zijn bruine hand, kleindochter beweegt razendsnel met haar vingers over scherm. Ubuntu.
Terwijl zijn kleindochter (wier exotische naam ik niet heb kunnen onthouden) WhatsApp probeert te installeren, staat opa – die door de toegenomen drukte nog langzamer loopt dan hij al deed – de nieuwsgierige persmuskieten te woord. Maar niet lang, want hij heeft haast. Afrikaanse haast. Hij moet een middagdutje doen. “I’m an oldie, you know.” Hij klapt in zijn handen en zoals wel vaker vandaag vult zijn gulle lach de kleine zaal. “Há-haaa!”
Een jonge journalist van een regionaal weekblad vraagt hem wat hij van Nederland vindt. “There are many beautiful women in Holland. Há-haaaaa!” Hij is duidelijk in een jolige bui. “And she (wijst naar een Zuid-Afrikaanse studente die hem een tijdschrift heeft overhandigd) has a the most wonderful voice I’ve ever heard. Hihi!” Zijn giechel ontaardt in een kleine hoestbui. Hij is grieperig, zegt hij, en verlangt naar whisky en vruchten.
Tutu veegt met een zakdoek wat zweet van zijn kale hoofd en begint iets sneller te lopen – de uitgang is een meter of vijf bij hem vandaan. Een chique oudere vrouw ̶ gekleed in een rood mantelpakje in dezelfde kleur als haar schoenen en lippen ̶ loopt tegen hem op. Zonder zich te excuseren vraagt ze hem wat hij van Nelson Mandela vindt. Na enige bedenktijd: “Nelson Mandela?! He wears lousy shirts.”
Het is welletjes geweest vindt Tutu. Hij maant de beveiliging om de weg voor hem en zijn kleindochter vrij te maken. Met drie grote passen verlaten ze de zaal, de deur wordt gesloten. Naast mij grapt een Afrikaanse journalist tegen een collega: “God heeft Arch geholpen bij zijn strijd tegen Apartheid, maar Hij kan hem niet helpen bij het installeren van WhatsApp.” Zijn collega zegt: “Daar heeft hij een engel voor.” /
